Het Openbaar Ministerie weigert consequent hogere straffen te eisen bij geweld tegen hulpverleners zoals politieagenten en ambulancepersoneel. Hoewel richtlijnen een strafeis van drie keer zo hoog voorschrijven bij delicten tegen mensen met een publieke taak (VPT), worden deze nauwelijks toegepast. Officieren van justitie vinden de verzwaring ‘onwenselijk’ en noemen de voorgestelde straffen disproportioneel.
Onderzoek in opdracht van het ministerie van Justitie toont aan dat officieren slechts in beperkte mate strafverzwaring hanteren. Rechters hanteren geen vaste richtlijnen, maar oriëntatiepunten die een verdubbeling toestaan. Toch blijft een forse strafverhoging vaak uit. Minister van Justitie David van Weel erkent dat straffen bij VPT-delicten niet consequent hoger zijn en benadrukt dat maatwerk belangrijk blijft.
VVD-Kamerlid Ingrid Michon eist een striktere aanpak. Ze noemt het gebrek aan draagvlak binnen het OM ’zeer ernstig’ en vraagt minister Van Weel om hardere maatregelen. Ze wil een debat over de resultaten van het onderzoek en de brede maatschappelijke oproep om geweld tegen hulpverleners steviger te bestraffen.
In het regeerakkoord is een taakstrafverbod opgenomen voor geweld tegen hulpverleners. Eerdere pogingen stuitten op verzet, maar de coalitie van VVD, PVV, NSC en BBB wil dit alsnog doorvoeren. ‘Geweld tegen hulpverleners moet leiden tot harde straffen. Dat is niet alleen rechtvaardig, maar ook noodzakelijk om respect voor mensen met een publieke taak te waarborgen,’ aldus Michon.
Bron: telegraaf.nl