C2000 is een gesloten communicatienetwerk, speciaal voor de Nederlandse hulp- en veiligheidsdiensten. Niet alleen de politie, maar onder andere ook brandweer, ambulance, reddingsbrigades, marechaussee, MIVD en AIVD maken er gebruik van. Wat is het precies?
Beheerder van het C2000-netwerk is het Ministerie van Justitie en Veiligheid. Het systeem kent ongeveer 525 masten, die onderling met elkaar zijn verbonden. Het systeem werkt op een andere frequentie dan GSM en de communicatie is versleuteld.
Naadloze samenwerking
De politie gebruikt het C2000-systeem vooral voor spraak- en datacommunicatie. Brandweer en ambulancezorg maken met name gebruik van het daarvan gescheiden paging-systeem, waarmee ze kunnen worden opgepiept. Voor de meldkamers is er het Geïntegreerd Meldkamer Systeem (GMS), voor een ‘naadloze samenwerking tussen de meldkamers van de diverse hulpverleningsinstanties, én de communicatie op straat.’
Calamiteiten
In oktober 2007 gingen alle veiligheidsregio’s over op C2000. Vooral brandweerkorpsen stapten vanwege verbindingsproblemen en gevaarlijke situaties over op eigen portofoons. Problemen die zich voordoen, hebben te maken met de dekking en dus de ontvangst, die vooral binnen gebouwen slecht kan zijn. Ook bij een te grote afstand tot een zendmast kunnen gebruikers onvoldoende dekking hebben. Zeker bij calamiteiten raakt het systeem overbelast, juist dus als het van levensbelang is. Voorbeelden zijn uitval bij de aanslag op Koninginnedag, de crash van Turkish Airlines en de Schipholbrand.
Gebrek aan etherdiscipline?
Het Ministerie van Binnenlandse Zaken onderzoekt het functioneren van C2000. Niet technisch falen zou volgens deskundigen het hoofdprobleem kunnen zijn. Het systeem zou niet altijd op de juiste wijze worden gebruikt, bijvoorbeeld door gebrek aan ‘etherdiscipline’, of gebruikers die te veel berichten via één gespreksgroep versturen.